'Unbeing dead isn't being alive' door Jasmijn (mrt. 2010)

Op internet vond ik de zin 'unbeing dead isn't being alive' staan. Deze zin associeerde ik gelijk met het hokjesdenken van tegenwoordig. Mensen plaatsen steeds vaker zaken in 'hokjes' en hebben vooroordelen. Het is gemakkelijk om mensen of andere dingen in hokjes te plaatsen, maar voor de mensen zelf is het juist moeilijk om uit zo'n hokje te komen als veel mensen een bepaald beeld van je hebben.
Mensen genieten tegenwoordig niet meer van het leven. Ze houden zich als maar bezig met wat anderen van hen denken en zitten 'klem' in een hokje waar ze niet uit kunnen komen. Juist doordat ze zich hier zo veel mee bezig houden, zijn ze langzaam aan het doodgaan. Dit terwijl ze iets van het leven moeten maken! Voor de buitenwereld willen ze er gelukkig uit zien. Daarom ziet de linkerkant van het werkstuk er stralend en gezond uit, terwijl de rechterkant al aan het doodgaan is. Deze vervaagt langzaam en is aan het afbrokkelen (zie ook het kaarsvet). Het hokje om het gezicht heb ik gemaakt van houdbaarheidsfolie, omdat mensen als het ware ook een houdbaarheidsdatum hebben (de tijd tot ze dood gaan). Het gezicht staat op een sokkel, omdat mensen als het ware tentoongesteld worden. Het zijn een voor een pronkstukken of juist missers. Ze worden beoordeeld en bekeken. De letters van het naamplaatje heb ik van krantenletters gemaakt, omdat onze vooroordelen voortkomen uit beelden en teksten uit de media (de krant bijvoorbeeld). De boodschap is dat je vrij moet denken zonder vooroordelen. Zo zul je zelf ook minder in een hokje geplaatst worden en meer genieten van het leven!

- Jasmijn van Holsteijn (17 jaar) -

.